110 Die zwerver op straat

Hij steelt een stuk brood↑ – Zijn jas is te groot↑
En grauw↑ zijn al↑ zijn haren
Zijn bed is een bank↑ – Hij ruikt naar de drank↑
Zo slijt hij stil↑ zijn jaren
Hij houdt van het leven↑ – Maar telt niet meer mee↑
En voelt↑ zich vaak↑ verlaten
De mensen zijn aardig – De mensen zijn goed
Maar niemand die iets↑ voor hem doet

refr.:
Iedereen ziet hem, die zwerver op straat
↑Maar niemand kent hem, die zwerver op straat
Misschien↑ is hij ook wel een mens met gevoel
En wil zich verschui- ui- uilen
Iedereen kijkt naar die zwerver op straat
↑Ieder is vies van die zwerver op straat
Maar wil↑ hij wat kwijt over al zijn verdriet
Bij wie ↑moet hij hui – len

Hij kijkt om zich heen – En voelt zich alleen
Dat is en blijft zijn leven
Het is nooit te laat – Maar niemand op straat
Zal hem wat liefde geven
De blik uit zijn ogen – Zij vragen om hulp
Maar niets kan ons weerhouden
We lopen toch verder – We lopen voorbij
Dat is onze maatschappij

refr. + muzikaal intermezzo

refrein helemaal +

zachter: Iedereen ziet hem, die zwerver op straat
Maar niemand kent hem, die zwerver op straat
Misschien is hij ook wel een mens met gevoel
En wil zich verschui-ui-uilen…